Netherlands
Não gostei muito do holândes então só fiz uma aula. Fiz essa aula no mesmo periodo em que estudava alemão, espanhol e italiano.
- hoi - hi
- alles goed? - what's up?
- laten we gaan - let's go
- proost! - bottoms up!
- goedemorgen - good morning
- goedenacht - good night
- ja - yes
- nee - no
- alsjeblieft - please (informal)
- dankjewel - thank you (singular informal)
- oke - okay; alright
- het spijt me - I'm sorry
- tot ziens - see you later
- das - goodbye; bye
- hoe - how
- je - you (singular informal)
- je bant - you're (singular informal)
- gaan - to go
- het - it (neuter)
- het gaat - it goes
- hoe gaat het? - how are you?
- ik - I
- ik ben - I'm
- erg - very
- erg goed - very good/well
- het gaat erg goed - I'm very well
- heten - to be called/named
- je heet - you're called
- hoe heet je? - what's your name?